Algemeen - 27 september 2017

Begin januari deelde Denkavit haar visie op de vleeskalverhouderij met leveranciers, klanten, relaties en de agrarische pers. Eén van de projecten binnen deze visie is de verbinding tussen de melkveehouderij en de vleeskalverhouderij. Deze sectoren zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden, maar in de praktijk blijkt dat men weinig van elkaar weet. Voor Denkavit reden om de afgelopen maanden een groot aantal melkveehouders de kans te geven om nader kennis te komen maken met Denkavit en de vleeskalverhouderij. Meer dan 250 melkveehouders hebben inmiddels de uitnodiging aangenomen en Denkavit bezocht. Ook Gerard en Marijke Stroek, melkveehouders uit Heeten, namen de uitnodiging aan om samen met hun studieclub Denkavit in Voorthuizen te bezoeken.

Voorafgaand aan het bezoek aan Denkavit, zagen Gerard en Marijke de vleeskalverhouderij als intensieve veehouderij, vergelijkbaar met de varkenshouderij. Gerard somt een aantal veronderstellingen op: “kalfsvlees als massaproduct, donkere stallen waarvan je niet weet wat er zich binnen afspeelt en een enorme diversiteit in afkomst van kalveren, van Oost Europa tot Rusland, tot Zuid-Europa aan toe”. Vooral aan dit laatste punt kan Gerard zich storen, als melkveehouder én leverancier van Nederlandse stierkalveren. Marijke vult aan: “bij het bezoek aan Denkavit werd al snel duidelijk dat dit heel anders ligt. Zo importeert Denkavit geen kalveren uit Oost-Europese landen en blijkt een kalverstal tegenwoordig heel modern en licht te zijn”. Het belang van homogene groepen kalveren met dezelfde leeftijden werd duidelijker, tevens het hebben van geen Belgisch Blauwe kalveren, maar van zwartbonte.

 

 

Tijdens het bezoek aan Denkavit vond er in de kalverenstal een discussie plaats met Bert Eggens, hoofd vleeskalverhouderij. Een eyeopener tijdens dit gesprek was volgens Gerard het verschil in kwaliteit tussen kalveren en het feit dat er weinig tot geen communicatie en uitwisseling is tussen beide sectoren, meer specifiek over wat voor type kalf de vleeskalverhouder nodig heeft en de melkveehouder levert. Dit betaalt zich uit in prijs. Marijke benoemt het belang van het afleveren van een goed product in plaats van de focus op alleen prijs. Marijke geeft aan: “over de kwaliteit van afgeleverde kalveren wordt bijvoorbeeld binnen de studieclub nooit gepraat, alleen over de opbrengst”.

 

Het belangrijkste inzicht dat Marijke mee naar huis genomen heeft na haar bezoek aan Denkavit: “beide sectoren hebben een gezamenlijk belang. Als de vleeskalverhouderij stopt, heeft de melkveehouderij minder bestaansrecht meer en vice versa. Als je dan kijkt waar beide sectoren zich mee bezig houden, dan mogen we met recht trots zijn op elkaars sector”. Gerard ziet na afloop van het bezoek nog duidelijker de noodzaak tot uitwisseling en samenwerking tussen beide sectoren, om de license to produce verder te versterken.

Gerard en Marijke melken in maatschap 100 koeien in Heeten. Ze maken hiervoor gebruik van 2 melkrobots. De koeien hebben 10 jaar lang op stal gestaan, omdat weiden te intensief was voor Gerard en Marijke. Omdat ze nu een extra arbeidskracht op het bedrijf hebben én hun melkafnemer De Leerdammer 2 cent extra biedt voor weiden, gaan de koeien sinds dit voorjaar weer de wei in. Men maakt hiervoor gebruik van een selectiepoort. Naast hun melkveebedrijf zijn Marije en Gerard beiden bestuurlijk actief. Marijke zit in het bestuur van de IVN (Instituut Vereniging voor Natuureducatie) afdeling Raalte en Gerard is voorzitter van Coöperatie Zuid-Oost Salland. Marijke is verantwoordelijk voor de zorg voor de kalveren. Direct na de geboorte krijgen alle kalveren 4 L biest aangeboden met een speen (op goede melktemperatuur). Men gebruikt steeds meer BWB sperma op een groot deel van de koeien (80% van de koeien, 60% van de vaarzen en 10% van de pinken). Een belangrijke reden hiervoor is de meerprijs die men voor stierkalveren ontvangt. Daarnaast komt men hierdoor niet in de verleiding om een vaarskalf toch aan te houden. Bij de selectie van BWB wordt er per koe gekeken welke stier er het beste op past. Op dit moment worden de stieren Octavin en Fructueux ingezet vanwege hun hoge fokwaarden voor geboortegemak en hun lage geboortegewicht. Af en toe wordt er een stier met hoog geboortegewicht ingezet.

Een paar tips van Marijke met betrekking tot de verzorging van kalveren:

  • De koe kan het kalf het beste zelf drooglikken, ondanks de bacteriën.
  • Door in de eenling box extra droog stro te verstrekken onder de navel, ga je navelontsteking tegen.
  • Tocht kun je tegen gaan door in de eenling box papier op de roosters leggen. Hier gaat dan het stro overheen. Op deze manier hergebruikt Marijke de lege voerzakken van Denkavit (uiteraard zonder plastic). Tevens is het veel makkelijker schoon te maken en het papier verteerd prima op de mesthoop.